Piratenschip

Bonkjes tekenrepertoire bestaat vooral uit poppetjes, prinsessen (herkenbaar aan de kroontjes op hun hoofd), hartjes, hartjespoppetjes, bloemen, zonnen, vlaggetjes en huizen. Bij de tekeningen schrijft ze vaak ook namen en kleine zinnetjes. Zinnetjes die ze een half jaar geleden heeft overgeschreven uit een leesboekje voor beginners en die ze inmiddels uit haar hoofd kent. Inclusief de drukwijze uit het boekje. Een a is geen simpele a, maar krijgt een boogje aan de bovenkant. En het blijft meestal niet bij één tekening. Nee, er moeten meerdere tekeningen worden gemaakt en die worden dan vakkundig aan elkaar geplakt of geniet tot boekjes.

Op de voorpagina van het boekje dat ze vandaag op school in elkaar heeft geknutseld, prijkt haar naam – in hoofdletters – met een ferme streep eronder. In de rechterbovenhoek heeft ze een zon getekend.

Op de eerste bladzijde – Bonkje doet niet aan voor- en titelbladen, dus de eerste bladzijde is de achterkant van de voorpagina – een paar zinnetjes, met strepen eronder. Bonkje zorgt voor haar eigen lijntjes.
de PoP in de wieg
de STER tekening van een hartje erachter

omA en gevolgd door twee hartjes
BONKJE gevolgd door twee hartjes
één heel groot hart eronder

Op bladzijde twee, gecentreerd bovenaan op de pagina het woord iK
Daaronder heeft Bonkje een blauwe lucht getekend, een gele zon en een lachend poppetje (roze ogen, roze mond, paars haar, blauw jurkje, gele armen en roze/gele laarzen met een hak).

Op bladzijde drie bovenaan in grote letters BONKJE. Daaronder een blauwe lucht, een gele zon en een familieportret: papa, mama en Bonkje.
Manlief en ik snappen niet helemaal waarom papa een hoge zwarte hoed op heeft. Dat moeten we morgen toch maar eens aan Bonkje vragen.

Bladzijde vier:
de roos in de ?
dag roos gevolgd door twee hartjes
de pop in de ?
en een tekening van een vlinder met allemaal gekleurde hartjes op haar (want dit moet wel een vrouwelijke vlinder zijn) vleugels eronder.

Bladzijde vijf:
de STER gevolgd door een hartje
Daaronder wederom een blauwe lucht, gele zon en ditmaal een poppetje met een hartjeshoofd en wolkachtige handen.

Op de laatste bladzijde (de achterkant van het boekje heeft Bonkje dit keer leeg gelaten) een tekening van een heel groot hart met ogen en een hartjesmond.

Het beeld is duidelijk, denk ik.
Des te grappiger vond ik het dan ook toen…

“Kijk mama!”
“Zo, wat heb je daar voor moois getekend?”
“Een piratenschip.”
“Een piratenschip?! En wat is dat?”
“Dat is een trappetje. Kijk, één piraat is langs het trappetje omhoog geklommen”.
“Ja, ik zie het. En wat zie ik daar – zijn dat doodshoofden?”
“Ja. Ik ga ze nog even met rood inkleuren dan zien ze er nog enger uit.”
Bonkje voegt de daad bij het woord.
“O ja, nu zien ze er inderdaad nóg enger uit, brrr! En wat is dat?”
“Dat zie je toch, dat is het stuur!”

Tja, wanneer de dagelijkse gesprekken vaker over prinsessenkastelen gaan dan over piratenschepen, dan kan het zo maar gebeuren dat zo’n ding een stuur ‘heet’ in plaats van een roer.

Hoe Bonkje opeens op het idee is gekomen om een piratenschip te tekenen, blijft een raadsel. De Kleine Kapitein hebben we alweer een tijdje uit en bij mijn weten is het ook alweer een tijdje geleden dat ze de dvd van Pippi Langkous en de piraten gezien heeft.

Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.